middel

als woordenboektrefwoord:

middel:
v. en o. (-s), middellijf.
middel:
o. (-en), de weg om een doel te bereiken.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

middel (zn) :
hulpmiddel, werktuig, gereedschap, manier, toestel, instrument, medium, modus, agens
middel (zn) :
geld, middelen, krediet, financiën
middel (zn) :
medicijn, geneesmiddel, remedie
middel (zn) :
leest, taille
middel (zn) :
rechtsmiddel

als synoniem van een ander trefwoord:

bemiddeling (zn) :
middel, tussenkomst, verzoening, interventie, voorspraak, intermediair, middelaarschap, mediatie, interpositie, intercessie
gereedschap (zn) :
middel, werktuig, toebehoren, toestel, tuig, instrument, apparaat, materieel, uitrusting, gerei, utensiliën, tool
instrument (zn) :
middel, werktuig, gereedschap, toestel, tuig, apparaat, gerei
weg (zn) :
mogelijkheid, middel, ingang, manier, methode, handelwijze
manier (zn) :
middel, hulpmiddel, instrument, medium, modus
remedie (zn) :
middel, geneesmiddel, therapie
medium (zn) :
middel, instrument

woordverbanden van ‘middel’ grafisch weergegeven

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 421:

middel, werktuig

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 205:

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0029 c