poort

als woordenboektrefwoord:

poort:
v. (-en), ingang ; grote deur.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

poort (zn) :
stadspoort, kasteelpoort, kerkpoort, fabriekspoort
poort (zn) :
ingang, hek, deur, hoofdingang, toegang
poort (zn) :
boog, poortje
poort (zn) :
doorgang, pas

als synoniem van een ander trefwoord:

toegang (zn) :
poort, mond, deur, deuropening, oprit, oprijlaan, portaal, inrit, toegangspoort, toegangsdeur
hek (zn) :
poort, dam, schutting, deur, tuinhekje, draaihek
uitgang (zn) :
poort, hek, deur, uitweg, exit, sortie
doorgang (zn) :
poort, doorloop, gangpad, passage
boog (zn) :
poort, kromming, gewelf

woordverbanden van ‘poort’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0029 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.